Maandelijks archief: juni 2013

Van het religieuze front niets dan goeds

Toevallig stuitte ik op een artikel uit november 2011 van Steven de Jong in de NRC, maar ik kan je uit eigen ervaring vertellen dat we voor dit soort praktijken echt niet naar het Midden-Oosten hoeven. De jong vertelt in zijn artikel hoe les- en voorlichtingsmateriaal in de moslim-wereld wordt misbruikt voor indoctrinatie van antisemitistische denkbeelden. Onder het mom van een feitenrelaas wordt een stortvloed aan onwaarheden uitgestort over kinderen en burgers.

Ook in Nederland

Daaraan wil ik toevoegen dat ditzelfde gebeurt op gereformeerde scholen in Nederland. Betaald met onderwijsgeld van de overheid – wij zijn dus met zijn alleen gecompromiteerd – wordt de bijbelgeschiedenis naar voren geschoven als de ware geschiedenis, of op zijn minst als ‘één van de  mogelijke theorieën over het ontstaan van de aarde’. Als ‘archeotolken’ van het historisch themapark Archeon door een gereformeerde (basis-)school gevraagd worden een geschiedenisles te verzorgen, dan worden ze vantevoren even apart genomen en verteld dat ze niets over de prehistorie moeten vertellen, omdat dat niet past in de bijbelgeschiedenis. Ook bij rondleidingen van gereformeerde scholen mogen de ‘tolken’ niet met de kindertjes langs bij het prehistorische deel van het park.

En in Israel en de VS

En ditzelfde gebeurt op Israelische scholen en scholen in de VS. Indoctrinatie is met andere woorden bepaald niet alleen een moslimpraktijk. Zelfs zou ik niet durven stellen dat de karaktermoord op joden die De Jong beschrijft niet ook op moslims wordt gepleegd. Denk aan Fitna van Geert Wilders, de uitspraken van Hirshi Ali en de koranverbranding door die Amerikaanse dominee. Met verbranding van boeken – maar één stap verwijderd van verbranding van ‘heksen’ – zet je trouwens jezelf wel aardig te kijk.

De fanatici

Ik wil maar zeggen dat religieus geïnspireerde indoctrinatie universeel is. Binnen alle grote religies heb je ‘godzijdank’ een grote, redelijke groep met gematigde opvattingen, maar ook altijd groepjes fanatiekelingen die desnoods met geweld hun opvattingen aan anderen willen opleggen en iedere ontwikkeling proberen tegen te houden.

De onverzoenlijkheid

Wat mij altijd opvalt is de onverzoenlijkheid in de houding van mensen die juist verzoening en wijsheid prediken. Onverzoenlijkheid en een hard agressieve houding is kwalijk, enige relativering en spot daarentegen moet kunnen. Ik zie het als een teken van geestelijke ontwikkeling als je dat kunt hebben. Maar er is een verschil tussen plagen en pesten. Persoonlijk geef ik de voorkeur aan het bespotten van mensen boven het bespotten van andermans goden.

Gezichtsherkenning en godsdienst

Als niet-gelovig mens (dat wil zeggen niet in een god, wel in andere dingen) vraag ik mij af waar het geloof in een god vandaan komt. Zo’n god heeft ook altijd mensachtige trekken. Laatst had ik het met een collega over de kennelijk diep-menselijke behoefte overal gezichten in te herkennen. Je schijnt een fotograaf te hebben die een indrukwekkende collectie van foto’s heeft aangelegd van huizen, landschappen, bomen, auto’s, enz. waar je een gezicht in kon herkennen. Wederzijdse gezichtsherkenning van zuigelingen en moeders (ook voor vaders?) is van levensbelang voor een zuigeling bij mensen en zoogdieren. Gezichtsblindheid (prosopagnosie) kan je het sociale leven behoorlijk moeilijk maken. De bekende neuroloog Oliver Sachs (Van ‘De man die zijn vrouw voor een hoed hield’) beschrijft een man die zijn eigen vrouw niet kon herkennen, maar wel zijn honderd schapen uit elkaar kon houden (er wordt geen oorzakelijk verband genoemd. De man was geloof ik schapenboer). Maar als gezichtsherkenning zo’n belangrijke rol speelt in het bepalen wie vertrouwd is en wie niet, dan is het een kleine stap verder om overal zo’n vertrouwd mensengezicht in te herkennen … je ziet tenslotte vaak wat je wilt zien. En zo dacht ik even te begrijpen waar godsdienst vandaan kwam.

De universele mens is het ideaal … of toch niet

In een kort artikel in de NRC van 5 juni 2013 op de achterpagina van de filmkatern wordt James Franco – tot dan vooral bekend als acteur – snerend een manusje-van-alles genoemd, omdat hij eerst al aan kunstschilderen bleek te doen en zich nu ook nog eens te buiten bleek te zijn gegaan aan het regisseren van films, ‘As I lay dying’. En al heel wat keren heb ik met name kunstenaars naar hun hoofd zien krijgen dat ze zich ‘bij hun leest moeten houden’. In het beste geval beperkt de recensent zich tot het welwillend aanhoren van bijvoorbeeld de activiteiten als zangeres van een actrice, zoals bij Carice van Houten. Ik kan me niet herinneren over een positief verband te hebben gelezen tussen het actief zijn op meerdere creatieve terreinen. Toch was het eens het ideale mensbeeld – zoals je weet van de oude Grieken: de homo universalis, die zich met kunsten, wetenschappen en sport bezighield.

Van waar die negatieve reacties? Jaloezie? Slecht humeur? Schoorvoetend beken ik bij deze dat ik mij ook met enige regelmaat bezondig aan het beminnen van meerdere ’muzen’. Niet alle negen muzen, maar toch. Het fluitspel laat ik maar aan mij voorbij gaan – sorry, Euterpe – maar bij meerdere van haar zusjes van de kunsten en wetenschappen ga ik regelmatig langs. En als toppunt van zondigheid wil ik ook nog wel bekennen dat mij dat prima bevalt. Wat je bij de één leert kun je bij de ander ook nog eens uitproberen, wat dan weer leidt tot verdere kruisbestuiving … overigens een curieus woord in dit verband. Doet me denken aan een instuif voor droogkloten.

Hierboven zie je hoe ik ‘door meerdere muzen werd bezongen’, oftewel serieus begon, vervolgens wat poëtisch werd met Grieken en zo, om plat te eindigen. Nu ik er zo over nadenk, heeft dat gedoe met die muzen niet alleen te maken met wat je doet, maar ook met de stemming die dat met zich meebrengt. Een wetenschappelijke discussie, is iets anders dan een polemiek. Of grappen uitwisselen. En dat is weer iets anders dan je te laten meenemen door een muzikale improvisatie. Of een fictief verhaal creëren. Sommige stemmingen laten zich prima afwisselen, andere absoluut niet. Je mag zelf bedenken welke. Tja, en wat had dat allemaal met de homo universalis te maken? Is hij een spelbederver? Is hij of zij iemand die je in zijn oorspronkelijke rol in een bepaalde stemming bracht waar je aan gehecht was en die je nu in de steek laat door zo maar een andere rol aan te nemen? Klinkt een beetje als het trieste lot van het idool, waarvan niet geaccepteerd wordt dat hij ‘uit die ene rol valt’.